• Julien Green (1900-1998) was een Amerikaans-Franse schrijver. Fragmenten uit zijn dagboeken zijn door Greetje van den Bergh vertaald als Journaal 1926-1945.
20 juli - In Harlingen, aan de Zuiderzee, een half uur van Leeuwarden. Een zeventiende-eeuws stadje waar de tijd lijkt te hebben stil gestaan. We logeren in een klein hotel waarvan de provinciale, traditionele gelagkamer ons amuseert, met de gravures van vroeger, de lage ramen waardoor je schuiten langzaam en geluidloos voorbij ziet glijden over de gracht in het midden van de straat. Aan de muur, in een kastje, het bovenstuk van een Engelse mijn die in 1920 voor de kust bij Harlingen werd gevonden. Boven een van de deuren is een soort rebus geverfd. Een zwarte kat sluipt langs de muren en springt op de vensterbanken. Na het eten zit de waard met wat vrienden aan een tafel pijp te roken; van tijd tot tijd wisselen zij ernstig een paar woorden.
26 augustus - Terug in een heerlijk, warm, goudgeel Parijs.
[Green was tot 25 augustus in Nederland gebleven, waar hij onder andere nog Bergen aan Zee en Amsterdam bezocht. Vóór Harlingen bezocht hij onder meer Den Haag en Leeuwarden.]207-2016>
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten