zondag 24 september 2023

J. Everts • 24 september 1911

• In 1915 publiceerde J. Everts (1882-1954) een fictief dagboek in De Gids.

24 September.
Het verwonderlijkste van alles is nog, dat naarmate ik mij steviger gevoel, ik minder gedachten heb. Maar ik leef nu ten minste, ik lééf weer. Zoolang heb ik niet geleefd!
Ik dacht, ik pikerde. Maar ik leefde niet.
Nu heb ik mijn ontvankelijkheid teruggekregen. Ik ben weer toegankelijk voor allerlei indrukken, die hevig in mij aanslaan, als toen ik nog jong was.
Ja, onbevangen en ontvankelijk als een ongerept kind sta ik weer in de wereld, in het leven.
't Is als een vondst, waarover ik voortdurend zacht ingetogen jubel. O, 't is te nieuw nog mijn geluk, ik ben er nog niet aan gewend. 't Maakt mij nog te nerveus. Later zal de heerlijke diepe rust komen, die ook tot daden in staat stelt. Dan eerst zal ik mijn geluk ten volle genieten.
Waaruit die daden zullen bestaan, weet ikzelf nog niet. Ik wil 't ook niet weten. Ik denk er niet aan, ik laat 't aan het toeval over. Of eigenlijk toch niet aan het toeval - maar aan mijn hart, die onbekende duistere kern van mijn leven, waaruit toch al het eigene moet opgroeien.
Wanneer ik kortheidshalve zeg: mijn hart, dan bedoel ik daarmee: mijn gevoel, mijn gemoed, mijn eigenlijke wezen, in tegenstelling tot mijn verstand, dat het bedachte, aangeleerde en oneigenlijke is. Het verstand is een bergzolder van allerlei geestelijke eigendommen van anderen. Maar het hart, dat is mijn onbewuste zelf, en daar moeten de daden groeien, als in de donkere aarde, die wij ook niet kennen.
Tot nog toe leefde ik geheel volgens mijn verstand. En dit was de oorzaak van het ongelukkige, het gebrekkige in mijn leven, omdat het verstand altijd gebrekkig is. O, hinkende duivel!
Het hart, dat zijn wij zelf, dat is ons aangeboren, ongeweten zelf, waarnaar we te leven hebben en dat ons alleen harmonisch met ons zelf en dus gelukkig kan laten leven.
Daar vertrouw ik vast op.
Al de ingevingen van mijn hart wil en zal ik voortaan volgen. Wat daar groeit moet goed zijn en moet ik erkennen, want dat ben ik zelf.
Heerlijk is 't, zoo als nieuw-geborene het leven in te gaan! 't Is of de wereld vol onbekende heerlijkheden is.
Nu moet ik alleen nog wat kalmer worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten