• De Franse communistische schrijver André Gide (1869-1951) bezocht in 1936 de Sovjet Unie in het gezelschap van onder meer de Nederlandse schrijver Jef Last, met wie Gide goed bevriend was. Na terugkomst beschreef Gide zijn tijdens het verblijf opgelopen teleurstelling in een boek. Zijn vrij harde kritiek werd hem niet door iedereen in dank afgenomen. Zijn dagboeken zijn door Mirjam de Veth in het Nederlands vertaald onder de titel Het innerlijk blauw.
Soechoemi [3 augustus]
Er worden hier veel apen gehouden voor de transplantaties van Voronov en verschillende experimenten. Ik wil graag weten waar die dieren vandaan komen, maar de informatie hier is even veelvoudig en tegenstrijdig als in de koloniën. De overgrote meerderheid hult zich in vage, wijdlopige antwoorden, vooral de charmante kameraad die voor ons als gids en vertaalster optreedt. Ze zit overigens nergens mee en geeft overal antwoord op, hoe minder ze weet hoe beslister ze spreekt, maar ze is onwetend zonder het zelf in de gaten te hebben en bewijst me meer dan ooit dat onwetendheid waar iemand zelf geen weet van heeft tot grote stelligheden leidt. De geest van deze mensen is bekleed met onnauwkeurigheden, nepmateriaal, namaak...
'Mag ik vragen uit welke landen de apen komen die hier worden gehouden?'
'Natuurlijk. Dat vertel ik u zo.'
(Ze vraagt het op haar beurt aan degene die met ons meeloopt.)
'De meeste van deze apen zijn hier geboren. Ja, ze zijn bijna allemaal hier geboren.'
'Maar er waren geen apen in deze streek, hebben ze ons gezegd. Ze moeten ze dus eerst ergens vandaan hebben gehaald.'
'Natuurlijk.'
'Waarvandaan dan?'
En zonder het aan de ander te vragen, met plompverloren stelligheid: 'Zo'n beetje overal vandaan.' En dat gaat zo maar door.
Onze charmante gids is buitengewoon vriendelijk en toegewijd. Maar het is een beetje vermoeiend dat de inlichtingen die ze ons geeft alleen nauwkeurig zijn in hun onjuistheid.211-2017>
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten