• Simon Vinkenoog (1928-2009) was dichter en schrijver. Het boek Stadsnatuur bevat zijn dagboek over het eerste halfjaar van 1986.
12 juni 1986 John Anthony West, terug van een reis als gids naar de pyramiden en omstreken in Egypte, babbelt wat af, met Dries en mij. Een panorama van onderwerpen, van Schwaller de Lubicz tot Gurdjieff. Ik munt het woord bestand-gehelen, en uiteraard zet je die in de totali-tijd. Mijn boek Hoogseizoen dateert uit 1961 - en zo'n tijd was het ook: elke gestalte, nog geen naam gegeven door media, massaal of niet, een boven alle andere aangelegenheden uittorenende rol te vervullen. Mij wordt gevraagd: 'Hoe zou je de tijd nu definiëren?'
Geestelijke terreinverkenningen, prenatale mobilisaties. Neoneoplatonisme, terug tot de ideeën in een andere dimensie. De eerste generatie, herinner ik mij Tito zeggen, die mondiaal besef heeft. The global village. Een kostelijk boek wordt me getoond Science made stupid, door Tom Weller. Het wordt tijd dat elke valse leer, die zich alleenzaligmakend en oppermachtig acht, van het voetstuk wordt gestoten. En wie was toch die G.S. die ooit in de Reader's Digest onder het hoofdje 'Opmerkelijke opmerkingen' schreef: 'Een voetstuk geeft je net zo weinig bewegingvrijheid als welke andere kleine ruimte ook?'
Gurdjieff noemt het communisme een massa-psychose; dat is uiteraard elke abstracte theorie, idealistisch of materialistisch, die zich te ver van de alledaagse dynamiek verwijdert. Je aan denkbeelden, geloofs-systemen vasthaken, lijkt me ongezond - lastig trouwens om niet te vermijden als je je in woorden uit. Wat ik los wil gooien, soldeert de lezer misschien weer vast. Benadrukkend de eenheid, dat altijd.
Met Aatje en Christi mee naar Noud en Angela, onderweg naar drukker Van Spijk om 1150 handtekeningen te zetten op de laatste pagina's van wat zijn grafisch oeuvre-catalogus gaat worden. Helmond; een tuin als een park, met huizenhoge rododendronstruiken en een vijver in de vorm van een zwaan, twee houten bruggetjes zonder leuning over de zwanehals. Klein eilandje in de kop is oog. We bespreken de jargons en hun overeenkomstige coderingen: die van fotografen, astrologen en schakers. Het gewenste effect, het speciale effect, special effects, het beoogde doel. Weer rijst de vraag: hoe ziet de tijdgeest eruit? Als je hem tegenkomt, doe hem in elk geval de groeten.
In de drukkerij de vanouds bekende sfeer, kleinschalig, papier en inkt. Zetwerk nog op de linotype. Al die woorden komen weer langs die dit werk zo ambachtelijk maken, nauw verweven met de geest van waaruit dit alles geschreven. Teken, schrift, druk, boek, plaat, beeld, wit, volume, maat, corps - van welke markten ben je thuis? Hoe groot is je betrokkenheid? Zoemend in de Rover een gedicht, dat begint met de woorden: 'Stel je voor: het is feest. . .' en uiteraard gaat het over 'kijken.'
Of ik wat eerder op de Dam wilde zijn, voor de Soweto-herdenking, georganiseerd door fnv en anc; ik zegde mijn zegje. Gedichten met kinderbloed geschreven, onschuldige slachtoffers, gillen en janken dichter bij de afschuwelijkheid. Ik enumereer een leven lang strijd.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten