• Uit een vakantiedagboekje van ene Tuuk de Bie, in facsimile uitgegeven door het Nederlands Dagboekarchief.
Kort Verhaal van de groote Vacantie 1920
Deel l Hasselt
Deze groote vacantie zouden we naar Lochem gaan en Maandag de 14de Juli trokken we naar Lochem op. We reisden met Vader, Moeder, Juf, Janna en zeven kinderen. In Woerden kwamen tante Annetje en oom Gerard met Hansje aan den trein. In Utrecht stapten de meesten over in een trein naar Zutphen maar Jet en ik bleven zitten omdat we samen naar Hasselt gingen.
In Zwolle haalde oom Jan Roijer ons met de drie Loeffjes af en in een rijtuig reden we naar het stationnetje van den trein naar Hasselt. Tante Tops haalde ons af en toen hebben we heel gezellig theegedronken, Het was nu nog prettiger dan de vier vorige keren omdat de Imminkjes nu ook in Hasselt woonden. We hadden een rooversbende opgericht van vijf roovers, maar nu de Imminkjes er bij kwamen zijn die ook lid geworden maar dat waren maar bijroovers, want ze zijn vreselijk lacherig en wild. 's Middags werkten de Loeffjes 1 1/2 uur en wij, Jet en ik, hielpen tante Tops, Daarna gingen we spelen en mochten Karel en Willy ook komen. We mochten dan ieder 20 kruisbessen eten. 's Middags speelden we den heelen tijd en na 't eten ook. Woensdag hebben we na 't eten s middags heerlijk gezwommen in een inham van 't Zwarte Water en hebben aan boord theegedronken. De Loeffjes konden nog niet zwemmen. We moesten ook veel oefenen want Zaterdagavond zouden we een groot feest hebben. We maakten een vaandel en daar hadden we "Trouw tot in den dood" op geschreven. Al de toeschouwers zaten in de serre. De voorstellingen lukten niet erg goed. Het hol hadden we met oranje lampions versierd. We hebben toen allemaal wedstrijden gedaan zooals; zakloopen, met gebonden benen loopen en touwtrekken. Het was een heerlijke avond. De volgende dag zouden we gaan picnicen met de jol. Het was gelukkig heerlijk weer en direct na de koffie gingen we naar de boot toe. We zeilden zoowat tot bij Genemuiden en gingen toen maar terug omdat er zoo weinig wind was. Onderweg naar Hasselt zagen we snoezige waterhoentjes die in 't riet heen en weer zwommen.
Een eindje voorbij Hasselt zijn we bij een krib stil gaan liggen en hebben we in de boot heerlijk gegeten. Toen mochten we nog ieder een eind roeien in de roeiboot. Jetje Loeff en ik samen en Lous, Jet en Bé samen. Toen was het al weer voorbij want de volgende morgen moesten we weg.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten