• Charles Burney (1726-1814) was een Engelse muziekhistoricus en componist. In 1770 maakte hij een studiereis naar het vasteland. Zijn reisjournaal is in het Nederlands vertaald (door Sas en Lucas Bunge) onder de titel Een posthoorn vol muziek.
Zondag [24 juni] vertrok ik om 4 uur 's morgens uit Parijs met de diligence naar Lyon. Eigenlijk konden er maar acht personen plaatsnemen maar aangezien er meer mensen waren, was het gevolg dat ik ongeveer gedecimeerd werd. In de te kleine ruimte waren zo veel benen met elkaar in de knoop dat de mijne opzwellingen gingen vertonen die even verontrustend als pijnlijk waren.
Het gezelschap bestond uit mijn vriend de kapitein met twee cadetten die aan zijn hoede toevertrouwd waren, een ridder van St.Louis, een landjonker uit de Provence, een jong officier, een bejaarde wijnkoopman, een koopman uit Amsterdam die te Milaan woonde, de lijfarts van de hertog van Parma en ikzelf. We dineerden te Fontainebleau, ongeveer 42 mijl van Parijs. Ondertussen waren we zo door elkaar geklutst dat de eerste kennismaking wel voorbij was. We leden van de hitte en het gebrek aan ruimte, maar we waren broeders in het lijden en hoewel er geen vrouwen in het gezelschap waren, stokte de conversatie geen moment zolang de ridder of de landjonker hun ogen maar open hielden: zelfs het liefelijke geslacht kon zich niet op zulke onvermoeibare praters beroemen. We brachten de nacht door te Pont-sur-Yonne in een afschuwelijke dorpsherberg — vergeleken met de Engelse inns zijn alle herbergen in Frankrijk even beroerd. Laat ik alleen zeggen dat het gebrek aan zindelijkheid alles overtreft wat ik zelfs in de armste dorpen van Engeland heb meegemaakt.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten