• Cor Inja (1903-1989) weigerde dienst op principiële gronden, en moest daarvoor de gevangenis in. Tijdens zijn opsluiting hield hij een dagboek bij, dat is gepubliceerd als Geen cel ketent deze dromen.
woensdag 19 aug. 1925
Vandaag wil ik iets overnemen uit de brief van het Schoorlse meisje. Ze stelt o.a.: 'Het is voor ons vrouwen altijd zo moeilijk om niet ook te kunnen tonen met de daad, dat wij strijden tegen de oorlogswaanzin, tegen de machten van haat en concurrentie en bezit. Maar we kunnen het vertellen aan de kinderen en in ons huisgezin, in alle kleine dingen van de dag telkens weer zelf voorgaan en wijzen op daden, hoe klein ook, van goedheid, van welwillendheid, van liefde, vergevingsgezindheid en geduld, want ik voel dienstweigering niet enkel als de daad van de mens die niet meer meedoet aan vecht-dwang, maar ook het weigeren van dienst aan de zelfzucht, de lust naar macht en bezit van ons eigen persoonlijk leven. De één doet het op [de] ene manier en de ander op de andere manier, maar dat hindert niet, als we maar allen mee werken om de gezindheid van de mensen te veranderen.
Ik voor mij zie in Jezus onze grote leider, die ons voorging in het weigeren kwaad met kwaad te vergelden. Hij is de grote Weerloze, die onrecht, leed en liefde gaf voor haat, onze grote Broeder, die voor allen dezelfde is en met wie wij kinderen van één Vader kunnen zijn. Maar dat moet maar niet zo'n beetje gepreekt worden, zoals de kerken dat voor het merendeel doen, want 't moet beleefd en geleefd worden in de werkelijkheid van de dag, in de nuchtere, koude, zakelijke wereld.'
Dit is toch wel een fijne brief, waarbij de puntjes op de i worden gezet. Het is fijn dat zij overtuigd is dat vrouwen net zo goed mee kunnen doen, door overal hun woord door te geven en te getuigen van de afschuw die ze van de oorlog hebben. Daarnaast schrijft ze: 'Eerst moeten we ook aan ons zelf arbeiden, dan volgt de rest vanzelf.'
Ik geloof dat dit ook waar is: indien we ons zelf bezien, moeten we arbeiden voor onze medemensen.
Ze schreef nog liederen voor [me] over van Kees Boeke. Een slotkoor uit een van de liederen luidt:
De wapens neer broeders allen
Het moordtuig uit de hand
Want zo alleen komt eenmaal nog
De Vrede in het land.
Het laatste vers van dit lied luidt:
Wordt Christenen dan,
Niet slechts in moord
Maar toont het in Uw daden,
Hebt ieder lief, laat wat gij doet
Noch vriend noch vijand schaden.
Lijdt liever zelf, neemt onrecht aan
Uw Heer heeft 't U bevolen.
n liefde lijden is nog steeds
het grote heil verscholen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten