• Ernesto Guevara (1928-1967) hield tijdens de laatste elf maanden van zijn leven een dagboek bij. Het is in het Nederlands gepubliceerd als Boliviaans dagboek.
20 Juli
We zijn behoedzaam naar de twee eerste huisjes gelopen, waar we een van de zonen van Paniagua tegenkwamen en de zwager van Paulino. Over Paulino wisten ze niets behalve dat het leger achter hem aan zat omdat hij onze gids was geweest. De sporen waren van een groep van honderd man die een week na ons was langsgekomen en door was gegaan naar Florida. Bij het leger schijnen drie doden en twee gewonden te zijn gevallen in de hinderlaag. Coco werd, samen met El Camba, León en Julio, op pad gestuurd qm Florida te verkennen en alles te kopen wat er te krijgen was. Om vier uur kwam hij terug met wat levensmiddelen en een zekere Melgar, de eigenaar van twee van onze paarden, die zijn diensten aanbood en uitgebreid dingen vertelde waar je je zonder veel moeite iets bij kon voorstellen, onder andere over het volgende: vier dagen na ons vertrek werd het lijk van Tuma ontdekt, aangevreten door de dieren; het leger kwam pas de dag na het gevecht, toen de luitenant in zijn nakie opdook; de actie bij Samaipata was overal in geuren en kleuren rondverteld en onder de boeren een bron van vermaak; ze hebben de pijp van Tuma gevonden en een paar andere persoonlijke bezittingen; een majoor die Soperna heet scheen wel sympathie en bewondering voor ons te hebben; het leger was naar het huis van Coca gegaan, waar Tuma gestorven was, en vervolgens naar Tegeri, vanwaar het naar Florida was teruggekeerd. Coco was van plan om de man een brief te laten bezorgen, maar mij leek het verstandiger eerst te kijken wat voor iemand het was en hem wat medicijnen te laten kopen. Deze Melgar had het over een groep die deze kant op komt, en waar een vrouw in zit. Dat wist hij uit een brief die de rechter van Rio Grande aan de rechter hier had gestuurd. Omdat die laatste op weg was naar Florida, hebben we Inti, Coco en Julio naar hem toe gestuurd om met hem te praten. Hij zei niets over een andere groep te weten, maar heeft de overige verklaringen van Melgar in grote lijnen bevestigd. Door de regen hebben we een rotnacht gehad. Op de radio hoorden we het bericht dat het lijk van de guerrillastrijder zou zijn geïdentificeerd als Moisés Guevara, maar op een persconferentie heeft Ovando zich hierover heel voorzichtig uitgelaten en de identificatie overgedragen aan het ministerie van Binnenlandse Zaken. De mogelijkheid bestaat nog steeds dat de zogenaamde identificatie gewoon een farce of verzonnen is.
Vertaling: Tineke Hillegers-Zijlmans en Frieda Kleinjan-van Braam
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten