zondag 4 maart 2018

Lodewijk van Deyssel -- 4 maart 1934

Lodewijk van Deyssel (1864-1952) was een Nederlandse schrijver. Hij hield geen dagboek bij maar schreef wel veel dagboekachtige notities. Over zijn verkoudheid bijvoorbeeld. Portret: Jan Veth.

Verkoudheids-aanteekeningen
[4 Maart 1934] Ik ben zeer geneigd te meenen, dat als men bij de eerste verschijnselen een verkoudheid verzorgde op een bepaalde manier - welke manier natuurlijk mógelijk zoude moeten zijn - die bedwongen zoude kunnen worden.
Een der eerste dingen, die bij een verkoudheid opgemerkt worden, is een verhoogde vatbaarheid, dat wil zeggen een vatbaarheid om er telkens 'kou' bij 'te vatten', of getroffen te worden door atmospherische bewegingen, die den toestand van verkoudheid bestendigen.
Indien men dadelijk na de eerste verschijnselen de uiterste voorzichtigheid in acht nam en bovendien zich wist te behoeden voor inwerkingen, waartegen wellicht geen voorzichtigheidsmaatregel bestaat, - zoo als die der verkoeling in de lucht bij zonsondergang, die ook voelbaar is in een op de zelfde temperatuur blijvende verwarmde kamer, waarin men onbewegelijk, en in de zelfde kleeding als een uur te voren, gezeten is - dan zoude wellicht in enkele dagen de verkoudheid voorbij zijn.
In den aanvang aarzelt de verkoudheid. Men gevoelt een stilstand, afwezigheid van doorzetting der verkoudheid. Maar dan gaat b.v. de zon onder, men wordt de inwerking der afkoeling gewaar, men niest plotseling of hoest- en weet, dat dit door die afkoeling veroorzaakt wordt - en de verkoudheid bestendigt zich.
In de eerste dagen der verkoudheid zal men aarzelen tusschen twee gedragingen : gewoon met het leven dóórgaan, öf thuis blijven en zich buitengewoon in acht nemen. Deze aarzeling is reeds tegen de zoo even voorgedragen opvatting. Het is beter enkele dagen thuis te blijven zonder dat dit eigenlijk noodig is dan een zware verkoudheid te 'krijgen'.
Het moeilijke is echter nauwkeurig aan te geven welke graad van verkoudheid er moet zijn, welke verschijnselen, om het de moeite waard te maken bij het begin der verkoudheid thuis te blijven. Men zal immers niet, als men eens niest, denken: nu blijf ik een paar dagen thuis!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten