zondag 24 mei 2020

Jean-Paul Sartre • 25 mei 1927

• De Franse filosoof Jean-Paul Sartre (1905-1980) had vóór Simone de Beauvoir korte tijd een verhouding met actrice Simone Jolivet. Aan haar schreef hij onderstaande brief. Uit: Brieven aan Castor en aan enige anderen 1926-1939 (vertaald door P.P.J. Klinkenberg).

25 mei 1927
Ik wil je een mooie grap vertellen, maar eerst moet je weten dat een zekere Lindbergh alleen per vliegtuig de Atlantische Oceaan is overgestoken en dat dat een echte heldendaad is. [...]Weet dus dat deze jongeman door heel Parijs wordt bewonderd en door de autoriteiten overal heen op sleeptouw wordt genomen, dat hem geen eerbewijs wordt bespaard en hem zojuist het Légion d’honneur is toegekend. [...] Larroutis, Baillou, Herland, Nizan en ik hadden dus een mooie grap bedacht. In naam van de beheerder van de École gaven we alle avondbladen telefonisch door dat de ‘Tuchtraad van de E.N.S. unaniem had besloten Lindbergh vanwege zijn heldendaden de titel van Ereleerling toe te kennen’. Dat verscheen dadelijk overal en de beheerder hing twee dagen aan de telefoon om het te ontkennen. Maar het mooiste is dat die morgen in Le Petit Parisien een bericht verscheen: ‘Vanmorgen om half tien zal Lindbergh aan de E.N.S. zijn’, en om half tien stonden er vijfhonderd mensen voor de École, een menigte, ordedienst, agenten, lintverkopers, journalisten. Nadat we goed de draak met ze hadden gestoken lieten we Bérard, die enigszins op hem lijkt, langs een straatlantaarn in de rue Rataud naar beneden gaan en een kwartier later arriveerde hij per taxi. Dadelijk een ovatie onzerzijds, hij werd op de schouders gehesen en in triomf rondgedragen. Het publiek liep erin en een oude heer kuste zijn handen. Intussen zetten de piano en twee violen in de muziekzaal de Marseillaise in, waarbij enthousiast werd meegezongen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten