zondag 8 maart 2015

Henri Knap -- 9 maart 1981

Henri Knap (1911-1986) was een Nederlandse journalist en schrijver. Op verzoek van NRC Handelsblad hield hij in 1981 een 'Hollands Dagboek' bij.

Maandag
Ik had gisteren gelijk. De radio zei om zeven uur dat het in Brabant en Limburg veertien graden wordt.
Bij de post een knipseltje over mijn Boekenweekgeschenk-1981, 'De Ronde van '43'. Toen Wim Hazeu, nog bij Elsevier, dat de 'Boekenweekbeurt' had, mij vertelde dat de CPNB mijn boek had aanvaard was ik trots en blij. Welke auteur verkneukelt zich niet om een oplaag van 386.000? Hij voegde er aan toe: '...maar bereid je wèl voor op pisserige stukken.' Uiteraard! In de wereld van de kunst hoopt menige Piet dat Jan doodvalt. Dat een recensent buiten elke context om en zonder enige verklaring drie zinnen uit een boek citeert om te bewijzen hoezeer de auteur is ontspoord, is dan ook heel gewoon.
Het systeem laat zich aardig kwalificeren. Ik citeer: 'Zij drukte zich tegen hem aan. Haar ogen vol tranen schroeiden als vlammen ótif der golven; haar boezem hijgde in snelle teugen naar adem; nooit had hij haar zo liefgehad; het ging zo ver, dat hij zijn kop verloor en tegen haar zei: "Wat moet er gebeuren? Wat wil je?" "Neem me mee," riep zij uit. "Ontvoer me! Of ik bid je er om!"
En zij zocht haastig zijn mond als om er de onverwachte toestemming af te grissen, die er in de vorm van een kus uit opwelde.'
Ach - uit een kasteelroman! Theatraal! Drakerig!!!
Jawel - maar ik citeer uit Gustave Flauberts 'Madame Bovary', een hoogtepunt van de Europese romancultuur.
Fouquier Tinville, de openbare aanklager van de Franse Revolutie heeft gezegd: 'Geef mij één regel schrift van iemand - en ik zal hem onder de guillotine brengen.' De schrijver geeft meer dan een regel. Hij geeft een heel boek.
Om 'menige Piet' geen stok te geven: ik voel mij geen Flaubert. Hij was een meester. Ik bij lange na niet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten