Tijdens de Olympische Spelen van 2002 in Sydney hield zal staatssecretaris Margo Vliegenthart (1958) van Sport voor NRC Handelsblad een dagboek bij.
Dag 12 - dinsdag 26 september 2000
De kranten in Australie staan dagelijks vol van de Olympische Spelen. Wanneer Australiers goede prestaties leveren doen de media er nog een schepje bovenop. De Australian heeft vandaag eerst twee katernen over de Spelen en dan pas het andere nieuws. Uiteraard siert Cathy Freeman de voorpagina; de aboriginalvrouw die de 400 meter won, overigens nadat haar naaste concurrente, de Francaise Perec, Sydney en Australie halsoverkop had verlaten omdat ze door een indringster bedreigd zou zijn die haar voorbereiding wilde verstoren. Waar of niet, Perec woonde al een tijd in Sydney en had het moeilijk, want als ze 's morgens haar gordijnen van het appartement opende keek ze tegen een 50 meter hoge Cathy Freeman op de muur van een aanpalend kantoorpand aan… Een variant op Edgar Davids.
Freeman is dus big news. Een zeker ongemak over de verhouding met de aboriginals, de eerste bewoners van dit continent, zal daar niet vreemd aan zijn. Aboriginals voelen zich nog steeds achtergesteld en vinden dat leed uit het verleden onvoldoende erkend wordt. Juichen voor Cathy is ook een beetje de pet afnemen voor deze bevolkingsmindersheidsgroep, zonder het echt hoeven te zeggen. De 400 meter wordt hier ook wel de race van de nationale verzoening genoemd. Misschien hadden wij dat gevoel ook wel toen sporters als Orhan Delibas, Arnold Vanderlijde en Simon Tahamata zo goed presteerden.
Ander voorpaginanieuws is een stuk tragischer. Voor de tweede achtereenvolgende dag heeft een grote witte haai aan de kust van Zuid-Australie een badgast verslonden. Was het eerst de man van een stel op huwelijksreis die nog geen 50 meter uit de kust werd aangevallen en spoorloos raakte, nu onderging een 17-jarige surfer hetzelfde lot. Deskundigen zeggen dat het om twee haaien moet gaan omdat de plekken ruim 300 kilometer uit elkaar liggen en een haai hooguit 70 kilometer in een dag kan zwemmen. De herhaling is uniek: de laatste 40 jaar zijn er in Australie slechts acht dodelijke aanvallen geweest. De grote witte haai is overigens een beschermde diersoort; de regering waarschuwt vissers dat het verboden is op de beesten te jagen, ook al lopen de emoties hoog op.
Vanmorgen opnieuw de boot vanuit Sydney naar het Olympic Park genomen. Eerst nog even getrimd in de fitnessruimte. Dat geeft je wat meer weerstand op dit soort lange en zware dagen. Comfortabele verbinding, leuke boottocht. Ooit ontdekten de eerste kolonisten zo de binnenlanden van het nieuwe continent. We willen eerst naar het tennis en daarna naar het hockey. Het regent echter en de tenniswedstrijd wordt uitgesteld. We wachten in de Olympic Familylounge waar we op de TV de overwinning van de Nederlandse fietsploeg zien en vervolgens vieren. Het goud van Leontien is ook het goud voor de andere vrouwen want de ploeg heeft er hard voor gewerkt. Leontien kon zich lang rustig houden en zowel Chantal Beltman en in het laatste deel van de race vooral de jarige Mirjam Melchers trekken er keihard aan en Leontien maakt het heel sterk af. Die samenwerking in de Nederlandse dameswielrenploeg is wel eens anders geweest. Dat Leontien dat zelf ook beseft bleek 's avonds bij de huldiging, zij gaf haar collega's hun portie van de overwinning. Als de regen ophoudt en het tennis gaat beginnen, moeten we kiezen tussen Nederland-Pakistan bij het hockey en de halve finale in het damesdubbel bij het tennis. Er zit op dat moment nog weinig Hollands volk op de tribune en we denken dat de hockeyers er toch wel doorkomen. Het is dus niet moeilijk. We kiezen voor Kristie Boogert en Miriam Oremans, die het tegen een Russisch koppel moeten opnemen.
Boogert-Oremans vormen een goed koppel, maar de tegenstander ook. Eerst zien we nog de Williams-show; Venus en Serena tegen de Belgische speelsters Van Roost en Callens. De eerste game is meteen een break voor … de Belgen. Een verrassing op komst? Nee, de zusjes-Wiilliams zetten de turbo aan en winnen vlot: 6-4, 6-1.
Boogert en Oremans doen het heel goed; ze spelen geconcentreerd en agressief en heel constant. Het oranje plukje op de tribune, aanvankelijk klein, groeit gestaag; uiteindelijk zijn er zelfs zo'n 30 Nederlandse sporters die komen aanmoedigen. Fanatiek zijn de handboogschutters die een appartement delen met de tennissters en sindsdien tot de sterkste supporters behoren. Voor de sporters is dat een bijzonder aspect van de spelen, dat ze veel mensen ontmoeten buiten hun eigen tak van sport. Het is een echt team dat er staat.
De Nederlandse tennisters winnen met 6-4, 6-2. Ik heb er de hele wedstrijd in geloofd, maar toch zit je ze nuwachtig heen en weer te schuiven. In de finale wachten de zusjes Williams. Direct na afloop feliciteer ik de tennisters; twee gelouterde profs, maar nu heel erg blij met een zekere Olympische medaille. De pers vraagt alleen maar door over hun kansloze positie in die finale. Terecht geven de meiden zich nog niet gewonnen. Sport blijft tenslotte sport en niemand had ook verwacht dat ze de finale zouden halen.
Tijdens de tenniswedstrijd horen we een luid gejuich opstijgen uit het hockeystadion. We gaan ervan uit dat er meer Oranje op de tribune zit, dan Pakistani, maar dat blijkt een vergissing. 1-0 voor Pakistan blijkt uit een telefoontje van het Nederlandse kamp. Nederland moet minstens gelijk spelen om door te gaan naar de kruisfinales. Naast het tennis proberen we nu ook aan de hand van het geluid uit het andere stadion te volgen wat er gebeurt. Vlak voor het einde weer gejuich. We bellen zelf of het gelijk is geworden. Dat valt zwaar tegen. Het is 2-0 voor Pakistan en dat blijft het. Nederland lijkt uitgeschakeld, want de uitslag van de wedstrijd Engeland- Duitsland is weliswaar relevant, maar dat wordt toch vooral als theorie beschouwd. Sinds 1945 heeft Engeland niet meer van Duitsland gewonnen. De kroonprins vergezeld door Het Nederlandse legioen uit het hockeystadion schuift snel aan bij het slot van de wedstrijd van de tennisdames. Het eindigt dus met een mooi feestje.
Met de auto terug naar Sydney; snel omkleden want er wacht een gesprek in kleine kring met Hans Blankert, voorzitter NOC*NSF. Het gesprek gaat over de verdere ontwikkeling van het sportbeleid, en de maatschappelijke betekenis van de sport en de investeringen die daarvoor nodig zijn. Ook in de politiek leeft dat besef getuige de uitspraak bij de Algemene Beschouwingen dat er dit najaar als er ruimte is voor investeringen ook een plan voor de sport moet liggen. We maken afspraken zowel voor de korte termijn, als voor de ontwikkelingen op de lange termijn. Daarna naar een receptie van de hockeybond. Annemarie, die het hockey heeft gezien, heeft deze avond een "tradedinner", met bigshots uit het bedrijfsleven. Ze zal de zegeningen van de Australisch-Nederlandse samenwerking bezingen. Nederland is de vierde investeerder in Australie.
Bij de hockeybond is het als vanouds gezellig. Ik ken er veel mensen al heel wat langer, dus dan praat je niet als staatssecretaris, maar gewoon onder elkaar. Daarna neem ik met Rob de Vries en Jan Saeijs van mijn directie Sport nog even het programma van morgen door; het aantal wedstrijden neemt gestaag af maar ons programma niet omdat we nog zoveel ijzers in het vuur hebben. Volleybal, hockey, de dressuurploeg staat tweede, het Bonfire van de individuele wedstrijd komt nog, net als onze Nederlands-Georgische worstelaar; de zeilers zijn nog bezig en ook het wielrennen heeft nog twee wedstrijden bij de heren. En wie weet kan Leontien van Moorsel zich nog een keer opladen voor de tijdrit en ook aan het slotnummer, de marathon, nemen Nederlanders deel.
Naar het Holland house, waar Kleintje Pils de stemming er goed inbrengt. Terug in het hotel de email opengemaakt en ik zie dat er de volgende ochtend wat huiswerk gemaakt moet worden, want de voortgang bij de aanpak van de wachtlijsten kan niet wachten.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten