dinsdag 25 juni 2019

Louis-Ferdinand Céline • 26 juni 1936

• Ook in 1936 sloeg de ontlezing al toe, zoals blijkt uit deze brief van schrijver Louis-Ferdinand Céline (1894-1961), geschreven aan zijn ‘Lieve vriendin’ Erika Irrgang,  opgenomen in Brieven aan vriendinnen (vertaald door Jan Versteeg).

Eind juni 1936
Ik heb eindelijk je roman gelezen. Wat moet ik erover schrijven ? Je weet hoe moeilijk ik over anderen kan oordelen. Ik heb alleen gevoel voor het subjectieve. Volgens mij zit hij goed in elkaar, met een duidelijke lijn, die je goed vasthoudt. Maar... Ik voel me volstrekt niet in staat er een intelligenter, duidelijker mening over te geven. Ik voel me letterlijk heel belazerd bij zo’n dooddoener, ik kan er alleen maar het zwijgen toe doen. Het is mijn genre niet. Wat zeggen de deskundigen? Wat kunnen ze zeggen? Die weten in feite ook niets. Het is een zaak die alleen het publiek en jou aangaat. Ik weet niet hoe het er met die dingen in België voor staat, maar in Frankrijk heel slecht. Er wordt niet meer gelezen, het is de bittere waarheid. De radio, de bioscoop, de politiek, de tijdschriften trekken alles naar zich toe! Dus waarom zou je risico gaan lopen. Wil je boeken verkopen, dan moet de maatschappij een beetje stabiel zijn. Geen vrolijke boel, dit alles. Waar zit je nu, en waar in augustus en september? Misschien kom ik nog langs in Antwerpen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten