maandag 22 september 2025

Benjamin Franklin • 23 september 1726

• In 1726 voer de Amerikaanse politicus Benjamin Franklin (1705-1790) aan boord van de Berkshire van Londen naar Philadelphia. Hij hield tijdens die reis een journaal bij.

Vertaling onderaan

Friday, September 23
This morning we spied a sail to windward of us about two leagues. We shewed our jack upon the ensign-staff, and shortened sail for them till about noon, when she came up with us. She was a snow from Dublin,9 bound to New York, having upwards of fifty servants on board, of both sexes; they all appeared upon deck, and seemed very much pleased at the sight of us. There is really something strangely cheering to the spirits in the meeting of a ship at sea, containing a society of creatures of the same species and in the same circumstances with ourselves, after we had been long separated and excommunicated as it were from the rest of mankind. My heart fluttered in my breast with joy when I saw so many human countenances, and I could scarce refrain from that kind of laughter which proceeds from some degree of inward pleasure. When we have been for a considerable time tossing on the vast waters, far from the sight of any land or ships, or any mortal creature but ourselves (except a few fish and sea birds) the whole world, for aught we know, may be under a second deluge, and we (like Noah and his company in the Ark) the only surviving remnant of the human race. The two Captains have mutually promised to keep each other company; but this I look upon to be only matter of course, for if ships are unequal in their sailing they seldom stay for one another, especially strangers. This afternoon the wind that has been so long contrary to us, came about to the eastward (and looks as if it would hold), to our no small satisfaction. I find our messmates in a better humour, and more pleased with their present condition than they have been since we came out; which I take to proceed from the contemplation of the miserable circumstances of the passengers on board our neighbour, and making the comparison. We reckon ourselves in a kind of paradise, when we consider how they live, confined and stifled up with such a lousy stinking rabble in this sultry latitude.


Vertaling door CahtGPT

Vrijdag 23 september
Vanmorgen zagen we op loefwaarts van ons een zeil, op ongeveer twee mijl afstand. We hesen onze jack aan de vlaggenstok en minderden zeil voor hen tot rond het middaguur, toen zij ons bereikten. Het bleek een snow uit Dublin te zijn, op weg naar New York, met meer dan vijftig dienstknechten aan boord, van beide geslachten; zij kwamen allemaal aan dek en leken zeer verheugd ons te zien.

Er is werkelijk iets vreemd opbeurends voor de geest in het ontmoeten van een schip op zee, dat een gezelschap wezens van dezelfde soort en in dezelfde omstandigheden als wij bevat, nadat we zo lang gescheiden en als het ware geëxcommuniceerd zijn geweest van de rest van de mensheid. Mijn hart klopte van vreugde in mijn borst toen ik zoveel menselijke gezichten zag, en ik kon mij nauwelijks bedwingen van dat soort lachen dat voortkomt uit een zekere innerlijke vreugde.

Wanneer we een aanzienlijke tijd hebben rondgedobberd op de uitgestrekte wateren, ver weg van enig land of enig schip, of enig sterfelijk schepsel behalve onszelf (op enkele vissen en zeevogels na), dan lijkt het wel alsof de hele wereld, voor zover wij weten, onder een tweede zondvloed ligt, en wij (zoals Noach en zijn gezelschap in de ark) het enige overgebleven restant van het menselijk geslacht zijn.

De twee kapiteins hebben elkaar beloofd samen op te varen; maar dat beschouw ik als louter formaliteit, want als schepen ongelijk in hun vaart zijn, blijven ze zelden bij elkaar, vooral niet als ze vreemden voor elkaar zijn.

Vanmiddag draaide de wind, die ons zo lang tegen had gezeten, naar het oosten (en het lijkt erop dat hij zo zal blijven), tot onze niet geringe tevredenheid. Ik merk dat onze tafelgenoten in betere stemming zijn, en meer tevreden met hun huidige situatie dan sinds ons vertrek; wat, denk ik, voortkomt uit het beschouwen van de ellendige omstandigheden van de passagiers aan boord van ons buur-schip, en het maken van de vergelijking. Wij rekenen onszelf haast in een soort paradijs, wanneer we bedenken hoe zij daar leven, opgepropt en verstikt met zo’n luizige, stinkende bende in dit zinderende klimaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten