maandag 22 juni 2020

Lady Sherbourne • 23 juni 1877

Sophia van Württemberg (1818-1877) was de eerste vrouw van koning Willem III. Na haar overlijden op 3 juni 1877 schreef Lady Sherbourne deze twee brieven aan Sophia's levenslange vriendin, Lady Malet. Uit Een vreemdeling in Den Haag.

Lady Sherbourne aan Lady Malet

juni 1877
Zojuist kom ik thuis van een soiree bij de heer Millais. Ik zat daar enige tijd naast de hertog van Teck, en vroeg hem naar de begrafenis van koningin Sophie der Nederlanden. Hij zegt, dat het een ongelooflijk indrukwekkend schouwspel was. Tweederde van de bevolking van Leiden was uitgelopen, met nog andere grote massa's mensen van elders, de menigte was zo enorm, dat de stoet er drieënhalf uur over gedaan heeft om van Huis ten Bosch naar Delft te komen, waar zij begraven is. Hij zegt, dat het hele land om haar rouwt - nog nooit heeft hij een dergelijke collectieve uitbarsting van emotie meegemaakt.


Lady Sherbourne aan Lady Malet

24 juni 1877
Ik heb vandaag in Holland House de heer Van Bylandt [de lijfarts van koningin Sophie] gesproken. Hij beloofde mij dat hij u zeer binnenkort zal opzoeken, want er is heel veel betreffende onze arme lieve koningin waarover hij met u wil praten. Hij vertelde mij één ding, dat ik zeer ontroerend vond en dat u misschien nog niet gehoord hebt. Toen de koning op Huis ten Bosch arriveerde, ging de prins van Oranje hem tegemoet, niet tot de deur van het paleis, maar tot die van de slaapkamer van de koningin. De prins stak zijn hand uit, de koning nam die in de zijne, en hand in hand liepen zij naar het bed van de koningin. Toen zij dat zag, straalde haar gezicht van vreugde en zij zei: 'Voilà mes deux Guillaumes enfin réunis'. De heer van Bylandt sprak over haar op een manier die u deugd zou hebben gedaan. Hij zei: 'C'était la perfection d'un caractère féminin.'


[Later heeft Lady Malet onder deze brief een iets andere lezing over het voorval genoteerd, die zij vernomen had van een kennis met relaties aan het hof in Den Haag: 'Toen de koning kwam, was de prins van Oranje bij de koningin. Hij ging de koning tegemoet tot aan de deur van haar kamer. De koning drukte zijn hand, en toen riep de koningin, met een liefdevolle blik in haar ogen, hen toe: 'Meine beiden Wilhelm!']

Geen opmerkingen:

Een reactie posten