Dinsdag 9 maart 1999
Ik zit om tien voor acht weer keurig in de trein. De spanning begint op te lopen. De pers lijkt zich voor te bereiden op een vroege val van het kabinet. Vertrekt Annemarie Jorritsma naar aanleiding van de Bijlmerenquête? Kan het Kabinet het aan om enkele miljarden te bezuinigen? Stapt D66 op als het referendum in de Eerste Kamer wordt afgewezen? Hoe gaat de discussie over de asielwetgeving verlopen? Er zijn scenario's te over. Ik klaag vaak over de politiek, maar het is nooit saai.
In de krant lees ik een sentimenteel portret van Bettine Vriesekoop en de tranen springen me in de ogen. Ze heeft in China geleerd dat het leven meer is dan strijd en rivaliteit. Het gaat erom te zijn en daarvan te genieten. Ze heeft nu haar belangrijkste wedstrijd gewonnen. Er groeit een kind in haar buik. Even later vind ik dit seksistische onzin, maar de twijfel is gezaaid. Als ik bij een column van Ileen Montijn over Karel van het Reve bijna weer in tranen ben, vraag ik me af of ik misschien niet een dagje vrij moet nemen. (Ook hier gaat het over een kind. De goede relatie die Karel van het Reve met zijn zoon David had.)
Jeltje heeft in al haar wijsheid besloten mij mee te vragen naar het boekenbal. Onze vakanties samen bestonden uit niet veel meer dan zoveel mogelijk lezen en elkaar daarover vertellen. Ik ben een beetje bang voor het boekenbal. Dezelfde angst die mij op de middelbare school heeft doen besluiten te stoppen met hockeyen. Iedereen was beter, sneller, handiger en vooral mooier dan ik. Ik had het gevoel dat mijn onbeduidenheid alle aandacht trok. Ik wilde opvallend zijn als de rest. En niet de aandacht trekken als muurbloem. Alles culmineert uiteraard in de vraag: wat moet ik aan vanavond?
De fractievergadering verloopt boven verwachting ontspannen. Iedereen moet z'n zegje doen over de asielproblematiek, maar dat leidt niet tot andere conclusies. Ik krijg de indruk dat de pijn meer zit bij de witte illegalen dan bij het asielbeleid. Het hemd is nader dan de rok. Veel ethische luxe.
's Middags spreekt Ad Geelhoed mij op straat aan. Hij maakt zich zorgen. Er is te weinig positieve, intellectuele onderstroom en te veel incidentenpolitiek. Hij heeft sinds de verkiezingen voor het eerst het gevoel dat het weleens mis zou kunnen gaan. Volkskrant-journalist Jan Hoedeman ook al. Zouden we het elkaar aanpraten? Is dit de Haagse kaasstolp?
* Retour Nijmegen-Den Haag. Dagboek van een politica (2000)
* Marjet van Zuijlen (1967)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten