zondag 15 december 2019

Willem Oltmans • 14 december 1970

Willem Oltmans (1925-2004) was een Nederlandse journalist. Zijn dagboeken (76 delen) zullen in hun geheel online worden gezet bij de dbnl. De papieren versie wordt uitgegeven on der de titel Memoires.

14 december 1970
Bij de poelier hingen behalve eendenparen, een zielige haas, een hertje en ook everzwijnen voor de ramen. Wat zullen deze dieren onze kersttijd vervloeken.

Air France flight 319
Ging linea recta naar Dewi's [Dewi Soekarno] appartment. Toen zij thuiskwam zei ze als een donderslag bij heldere hemel: ‘I don't like your eyes and your face, disgusting.’
‘What? Is my hair too long?’ riep ik uit.
‘No, everything’ en ze ging naar haar slaapvertrek. Ik was dumbfolded en dacht wat nu? Vrijwel een minuut later kwam ze terug en zei: ‘You want to see nice photographs?’ Eentje, waar ze achter een typemachine aan haar boek werkte, wilde ze naar W. Colston Leigh in New York zenden. Prompt liet ze erop volgen geen vertrouwen in zichzelf te hebben en niet in staat te zijn lezingen te geven.
De Indonesische uitgever Masagung belde uit Kopenhagen en vertelde haar dat Sukarno's oude vriend en zakenman Oom Dasaad was overleden.

15 december 1970, Parijs
Terwijl ik om 02:30 uur in bed lag en Dewi nog eens om 03:15 uur had opgebeld om toch vooral vandaag een flinke grote kerstboom voor haar mee te brengen, wekte barones Jacqueline de Gunzburg me om 09:00 uur voor een kletspraatje. Bij de Madeleine kocht ik een metershoge kerstboom maar geen enkele taxichauffeur wilde het ding vervoeren, dus ik sleepte de boom te voet van de Madeleine naar Dewi's appartement tegenover het Athenée Palace Hotel. Zou een plaatje voor Frank de Jong en de Telegraaf zijn geweest.
Lief briefje van Ralph. Hij ontmoette Christian Casals, een student (beeldhouwer) op de Rietveld Academie. Er is een romance in the air. ‘Hij heeft amandelgroene ogen,’ schrijft Ralphie. ‘Ik mis je ontzettend, ook je beledigende opmerkingen, je grappigheid, je laarzen, je zelfingenomenheid, terecht, want je bent ontzettend zalig.’ Hij vraagt vooral veel geduld met Dewi te hebben, ‘want ze lijkt een heel intelligente en aantrekkelijk vrouw, die je geduld wel waard is. You know I will always be there when you need me, Ralph.’
We zouden om 17:00 uur doorgaan met het manuscript, maar het werd 21:00 uur.
Er waren weer de gebruikelijke wrijvingen en enkele frontale botsingen. Ik had bijvoorbeeld gezegd: ‘Okay I won't be nasty to Adam Malik anymore, because he is your friend,’ waarop ze meteen uitviel: ‘Damn you, you cannot spoil my friendship with him, I do not want you to say that.’ Malik had tegen haar gelogen dat ik me gelukkig kon prijzen dat hij zijn rechtszaak tegen De Spiegel en mij had laten varen. En dan te bedenken

dat ik via Lad Johnson, secretaris van de Indonesische Kamer van Koophandel in Wall Street, letterlijk alle bewijzen had om waar te kunnen maken wat ik had geschreven. Maar Malik kon Dewi natuurlijk gemakkelijk iets dergelijks voorliegen.
Maar wat dan weer erg aardig van haar was dat ik gerust Peter in Maastricht mocht bellen. ‘I'll give you five minutes.’ Het werden er tien. Omdat de kerstboom dertig franc had gekost heb ik haar met dat bedrag betaald. Maar ze zei meteen heel spontaan dat ik Peter moest uitnodigen voor haar kerstparty. Ik ging naar het postkantoor en zond hem er een telegram over.
Op een ander moment liet Dewi zich ontvallen: ‘Prins Bernhard considers you also a trouble-maker. He said that journalists often spoil secret negotiations, or do you think Bernhard is also not well informed?’ Ik moest lachen en dacht: ‘Lieve Dewi, don't kid me, about secret negotiations, concerning New-Guinea and Indonesia, I know all about it.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten