zondag 26 mei 2024

Edmond en Jules de Goncourt • 27 mei 1858

Edmond de Goncourt(1822-1896) en Jules de Goncourt (1830-1870) waren Franse schrijvers en critici, en initiatiefnemers van de zeer prestigieuze Prix Goncourt. Ze hielden samen een (inmiddels zeer beroemd) dagboek bij, dat Edmond na de dood van Jules in zijn eentje voortzette. Vertaling door Leo van Maris.

27 mei
Maria’s binnenkomst bestaat uit een luid schallende lach; haar gezicht is een feest; een uitbundige vrolijkheid, als zij in de kamer is, met omhelzingen zoals die op het platteland gebruikelijk zijn. Een stevige vrouw met blond, kroezig haar dat van haar voorhoofd naar achteren is gekamd; blauwe ogen van een bijzondere vriendelijkheid en zachtheid, stevige volle lippen, een plezierig, gevuld gezicht, de trekken van een Lodewijk XVI als efebe; een keurslijfje waar haar boezem uitbarst, de overvloed en de majesteit van een godin van Rubens. Zij vult de kamer. En dat verkwikt ons en verzet onze zinnen, na zovele bevalligheden van het magere soort, na die verschraalde en bleekzuchtige hoertjes; na die armzalige bedelaarsters van Venus Pandemos, altijd treurig en zorgelijk als collectantes, hun voorhoofd omfloerst door beslagleggingen, altijd aan iets denkend en, achter een masker van lachjes en lieve gebaartjes, altijd druk bezig iets gedaan te krijgen; na al dat derderangs geklets, na die gedachteloos napratende lokvogels, na dat armzalige, modieuze en krachteloze taaltje, opgepikt in de Tintamarre en in bordelen en werkplaatsen; na die slecht gehumeurde en licht geraakte schepseltjes, nu deze volkse gezondheid, dit volkse goede humeur, deze volkse taal, met al die kracht, levendigheid, hartelijkheid, overvloed, die struise en bulkende voldaanheid en dan haar inborst, met de grove manieren en de ruwe tederheid die daarachter schuilgaat, – alles in deze grote, stevige vrouw bevalt me, zoals gezond en krachtig plattelandsvoedsel na de maaltijden van tweeëndertig stuivers in de Parijse gaarkeukens. En haar Michelangelo-tors wordt gedragen door de slanke benen van een Diana van Allegrain, de voeten van een antiek standbeeld en fraai gevormde knieën. Een mens heeft behoefte aan een dagelijkse hoeveelheid gesproken en gedachte trivialiteiten en grofheden. Dat geldt in het bijzonder voor een schrijver, iemand die van ideeën leeft, en in hogere sferen verkeert, iemand in wie zich de door de geest onderdrukte materie lijkt te wreken, waardoor hij al snel de meest grove taal uitslaat. Het is zijn manier om, als Antaeus, in contact met de aarde te blijven, zijn manier om uit de mand van Socrates te stappen... En Maria bewijst mij daarbij goede diensten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten