Den 28 April.
Gewigtige dag. Mijne dochter C….. vertrok naar Amsterdam, om daar het wollennaaijen en de Fransche winkel te leeren. J…. brengt haar, en H…. geleidt haar tot Almelo.
Zij kwam des morgens op mijne kamer, gansch alleen – viel mij om den hals – schreide bitter – bad mij niet te willen schreijen, maar mij sterk te houden – en verzekerde. “dat zij alles wilde doen, wat haar mogelijk was, om mij tot blijdschap te wezen.” Een roerend toneel! Ik was enkel vader – geheel gevoel – nooit, nooit doortintelde mij het gevoel voor dit meisje zoo, dat bij alle hare wilde en levendige temperamentsfeilen, toch zeer veel goede zijden heeft.
O Gij! die haar op dezen weg gebragt hebt, bewaar haar, bekeer haar, verbeter haar – Vader! Erbarmende, teederlievende Vader! – o! laat haar aan uwe hand door alle de kronkelpaden des levens gaan. Doe haar uwe gunt ondervinden, en dan zal zij gunst bij menschen vinden. Ach! ik kan haar nu mijnen raad, mijn ondrwijs, mijne bestraffing niet mededeelen – ik kan haar niet terugtrekken, als zij vallen wil, niet ophelpen, als zij struikelt – en hoe dikwijls zal zij nog niet struikelen! – Maar bekleed Gij mijne plaats. God! Vader! haar hart is in uwe hand – en dat was het niet in de mijne – laat dat door uwen Geest vernieuwd worden. Zij is immers gedoopt in den naam van U, Drieëenige Liefde! en zij leeft onder uw opzigt. Lat alles haar van U speken, tot U brengen, met U verbinden – wees haar God en Weldoener naar den Geest en het ligchaam, voor tijdelijke en eeuwige belangen! – –
Zij vertrok tegen twee ure – wij weenden stil, en eenzaam!!
Jacob van Loo (1754-1797) was predikant te Ootmarsum. Zijn Dagboeken 1777-1797 zijn te lezen bij Google books.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Wil s.v.p. enkele correcties doorvoeren:
BeantwoordenVerwijderen- verzekerde. “dat zij alles wilde doen > komma ipv punt.
- Doe haar uwe gunt ondervinden > gunst
- mijn ondrwijs >? onderwijs
- Drieëenige Liefde >? Drieënige
- Lat alles haar van U speken > Laat ... spreken