zondag 17 juli 2022

Albrecht Dürer • 16 juli 1521

• De Duitse schilder/tekenaar/etser Albrecht Dürer (1471-1528) bracht in 1520/1521 langere tijd in de Lage Landen door. Hij hield daarbij een journaal bij, dat is vertaald als Zijn dagboek van de reis door de Nederlanden 1520-1521


16 Juli.
En op Maandag waren wij vroeg op, gingen voorbij Dettelbach en kwamen te Kitzingen, ik toonde mijn reisbrief, men liet mij doorgaan en ik verteerde 37 pfenningen. Vervolgens gingen wij voorbij Sülzfeldt naar Markbreit en ik toonde mijn reisbrief, waarop men mij liet doorgaan. Wij gingen voorbij Frickenhausen naar Ochsenfurt, daar toonde ik mijn reisbrief en ook daar liet men mij doorgaan. En wij kwamen te Eibelstadt, vervolgens te Heidingsfeld en toen te Würzburg. Daar toonde ik mijn reisbrief, dus lieten zij mij doorgaan. Daarna gingen wij naar Erlabrunn, waar wij bleven overnachten en verteerden 22 pfenningen.

17 Juli.
Vandaar gingen wij naar Rezbach en Zellingen en Kwamen te Carlstadt, daar toonde ik mijn reisbrief en men liet mij doorgaan. Vervolgens ging ik naar Gmünden, waar wij des morgens aten en verteerden 22 pfenningen. Ook daar toonde ik mijn reisbrief en zij lieten mij doorgaan. Daarna gingen wij naar Hofstetten, ik toonde mijn tolbrief en zij lieten mij doorgaan. En daarna kwamen wij te Lohr en ook daar toonde ik mijn reisbrief en lieten zij mij doorgaan. Daarna kwamen wij te Neustadt en toonden onzen brief, waarop zij ons lieten gaan. Ik heb 10 pfenningen uitgegeven voor wijn en kreeft. Daarna kwamen wij te Rotenfelts, daar toonde ik mijn reisbrief, dus lieten zij mij doorgaan en wij bleven daar overnachten en verteerden 20 pfenningen.

18 Juli.
En des Woensdags vertrokken wij vroeg en gingen voorbij Sint Eucharius en kwamen te Heidenfeld, van- daar te Trieffenstain. Daarna kwamen wij te Homberg, daar toonde ik mijn reisbrief en men liet mij doorgaan. Daarna kwamen wij te Wertheim, ik toonde mijn reis- brief, waarop men mij liet doortrekken en ik verteerde 57 pfenningen. Daarna gingen wij naar Prozelten, ik toonde mijn reis- brief en men liet mij doorgaan. Vervolgens gingen wij naar Freudenberg, ik toonde daar wederom mijn reisbrief en men liet mij doorgaan. Dan kwamen wij te Miltenberg, waar wij bleven overnachten en verteerden ...... Ook daar toonde ik mijn reisbrief, men liet mij doorgaan en ik verteerde 61 pfenningen.

19 Juli.
Vervolgens kwamen wij te Klingenberg, ik toonde mijn reisbrief, waarop men mij liet doorgaan. En wij kwamen te Wörth, vervolgens te Obernberg en toen te Aschaffenburg, daar toonde ik mijn reisbrief, men liet mij doorgaan en ik verteerde daar 52 pfenningen. Van daar gingen wij naar Selgenstadt, van daar naar Steinheim, daar toonde ik mijn reisbrief, men liet mij doorgaan. En wij overnachten bij Johansen, die opende ons (de poort van) de stad en was zeer vriendelijk voor ons, ik gaf 16 pfenningen uit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten