donderdag 20 juni 2019

Marcellus Emants • 21 juni 1875

• De Nederlandse schrijver Marcellus Emants (1848-1923) bezocht Zweden en Lapland in 1875. Zijn journaal van die reis publiceerde hij in Op reis door Zweden. De langste dag van het jaar maakte hij mee in Lapland.

Een Sint Jansdag in Lappmarken
[...] De zon, die nog helder wit aan den hemel glansde, toen wij de ongebaande, steile helling beklommen, zonk nu met warmen gloed naar den horizont af. De korte jeugd van het noorden spoedde ten einde; het stervensuur der lente was nabij.
[...]
Donkerrood zonk de lentezon voor 't laatst in de armen der geliefde nevelen neder, die als vloeiend goud aan den middernachtelijken hemel zweefden.
Een vurige omhelzing was haar laatste groet; dankbaar gloeiden aarde en hemel in haar laatste stralen en spiegelden de kalme watervlakken nog eens haar' goddelijken glans.
Toen was het volbracht. De korte droom was uitgedroomd.
Met ijskouden adem blies Borreas over de ijle dampen heen, die als grauwe schimmen uiteenstoven en vernietigd waren voor zij den horizont bereikten. De diepe gloed verbleekte tot een helder wit licht, dat statig aan den hemelboog oprees.
De zomerzon was geboren.
Langs de toppen der bergen, in de diepste schuilhoeken der bosschen, der sidderende meeren, in de spleten van het gesteente, overal drongen de stralen der nieuwe zon verzorgend en rijpend door, overal voltooiden zij het werk door den koesterenden adem der lente begonnen, opdat eenmaal natuur gerust het hoofd zou kunnen neerleggen, wanneer de blinde Hodur gebiedend zijn' staf over de aarde zou uitstrekken, en de ingesluimerde tot den langen slaap in het vale lijkkleed wikkelen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten