• Abraham Rutgers van der Loeff (1808-1881) was predikant te Noordbroek, Zutphen en Leiden. Zijn dagboeken staan hier online.
maandag 12 april 1841
Met minder opgewektheid gepreekt. Misschien lag het in 't onderwerp. Het verband tusschen 't lijden en de opstanding. Na de kerk had ik een gezelschap van 21 menschen die zich tot het doen van belijdenis hebben aangegeven. Over 't geheel staan zij mij vrij goed aan. 'S namiddags rustte ik wat op mijn werk met blijdschap en dankbaarheid schoon ook met diep gevoel van tekortkoming daar op terugziende en wandelde toen nog naar Zuidbroek. Tinga [collega-predikant] had op eersten Paaschdag wederom voor 't eerst gepreekt onder onuitsprekelijke aandoening voor hemzelven en de gemeente. Ook dien morgen had hij weer dienst gedaan; en alles was goed afgeloopen. Zoo mag men dan zeggen dat de storm en beproeving in dat huis bedaard is. Ach, dat er zoo veel daar moest worden weggerukt. 'S avonds had ik Cannegieter [arts] en Mr Smid [onderwijzer] bij mij; de eerste bleef met zijne vrouw een boterham eeten.~
dinsdag 13 april 1841
Huisselijk: feestdag van Romelia's [echtgenote] jaardag; met een vreugdevol gevoel ontwaakte ik en dankte in stilte God voor zoo onbegrijpelijk vele voorregten als ik geniet. Romelia was blijde met mij en onze kindertjes deelen in de vreugde. De vrienden van het Kransje kwamen alle te bestemder ure; heerlijk weder had hunnen reize veraangenaamd. Gul en ongebonden was ons gesprek over allerlei. Smakelijk ons middagmaal en zingende werd de bijeenkomst gesloten.
'S avonds begaf ik mij nog naar Bodisco [bevriend predikant] waar v[an] Zutphen gelogeerd was. Spoedig hadden wij een geanimeerd discours over den doop. Ik zocht het eigenaardige van den kinderdoop te verdedigen op grond van het sijmbolische der plegtigheid die iets toekomstigs aanduidt en inzooverre het geloof kan vooraf gaan, en meer nog op grond van deszelfs bedoeling om in het ligchaam der gemeente niet in het inwendige Christendom der mensch in te lijven, even als de besnijdenis dit bewijze bij de Joden. Het is hoogst moeyelijk met doopsgezinden over dit punt te redekavelen. Zij kunnen naauwelijks onpartijdig zijn, omdat zij allen op leven en dood moeten strijden enz. 131-2016>
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten