zaterdag 17 december 2022

Alma Mahler • 19 december 1901

Alma Mahler was in het begin van de twintigste eeuw de it-girl van Wenen. Haar dagboeken over die tijd zijn verschenen als Het is een vloek een meisje te zijn (vertaald door Peter Claessens).
Voor haar huwelijken met Gustav Mahler, Walter Gropius en Franz Werfel, en haar verhouding met Oskar Kokoschka, had Alma Mahler (1879-1964) al verhoudingen met Gustav Klimt en Alexander von Zemlinsky achter de rug. Ze schrijft erover in haar dagboeken uit de periode rond 1900.

19 december 1901
Ik heb gisteren weer ontzettend zitten flirten met Louis Adler. Hij is ook extreem knap, en Muhr zag het... Als Muhr er zo uitzag – zo'n stuk zie je niet over het hoofd. [...]
's Avonds Pollack. Veel over Gustav gepraat. Ik gaf lucht aan mijn boosheid. Al mijn woede moest eruit. Als het zover komt, en ik word de zijne, dan moet ik nu al mijn stem laten horen om mij te verzekeren van de ruimte die mij toekomt... met name op het artistieke vlak. Hij heeft niets op met mijn kunst – maar heeft wel een hoge dunk van de zijne – en ik heb niets op met zijn kunst en heb een hoge dunk van de mijne.-
Voila!
En nu heeft hij het onafgebroken over het veiligstellen van zijn kunst. Daar ben ik eenvoudig niet toe in staat. Bij Zemlinsky zou het nog gelukt zijn, want in diens kunst kan ik me verplaatsen – dat is een geniale vent. Maar Gustav is o zo arm – zo ontzettend arm. Hij moest eens weten hoe arm hij is – hij zou zijn handen voor zijn ogen slaan en zich schamen. En ik zou er maar over moeten liegen... Mijn hele leven lang, altijd maar erover liegen. En hij – dat is nog te doen – maar die Justi – dat wijf! Ik heb het gevoel dat ze me overal bespioneert... En ik sta op mijn vrijheid! Absolute vrijheid!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten