woensdag 23 oktober 2019

Ernst Heldring • 24 oktober 1923

Ernst Heldring (1871-1954) was een Nederlandse reder, bankier en politicus. Zijn dagboeken zijn te lezen bij de dbnl.

24 October 1923
Mevrouw Quack, weduwe van H.P.G., stierf eergisteren, 82 jaar oud. Het bedroeft mij zeer haar te moeten missen. Zij was de beste vriendin van mijn moeder en wij gingen dikwijls met haar een praatje over den ouden tijd en de tegenwoordige wereld maken. Zij was een eenvoudige vriendelijke vrouw, gezegend met een groote dosis gezond verstand, die haar man in hun bijna 50-jarig huwelijk tot grooten steun is geweest. Tot het laatste toe had zij faculteiten ten volle ter beschikking. Nu heb ik niemand meer uit het vorige geslacht die mij in mijn kinderjaren gekend heeft.

Ik geloof niet, dat ik vroeger over Quack zelf gesproken heb. Ook hem heb ik van mijn prille jeugd af gekend. Hij en zijn vrouw zagen onze ouders veel, en ik herinner mij dat ik als kleine jongen bij hen in hun woning aan de Bank (Quack was toen secretaris der Nederlandsche Bank) koffiedronk en veel vermaak schepte in een kanarie, die op tafel rondwipte. Later had ik veel aanraking met Quack, die jarenlang president-commissaris der Koninklijke Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij was. Hij was een charmante en geestige causeur en wist zijn gezelschap van zijn ontzaggelijke kennis van politieke economie en kunst te doen genieten. Hij was echter steeds bang te kwetsen en te hinderen, durfde zijn werkelijke opinie alleen achter den rug van hem wien het aanging uit te spreken, vleide en paaide steeds en was zoodoende ‘double-faced’ (de term dien mijn vader, van hem sprekende, placht te gebruiken). Daarbij had hij geen begrip van zaken, zoodat ik dikwijls moeilijke oogenblikken met hem gehad heb. In dagen van werkstaking was hij nog meer nerveus dan gewoonlijk, daar hij dan, hoewel in den grond zeer gehecht aan aardsche goederen, te veel herinnerd werd aan zijn (salon) socialistische uitingen. Toch dorst hij zich niet tegenover de directie, die dikwijls lang pal tegenover de eischen der arbeiders moest staan, krachtig uit te spreken. Hij was geen groot man, maar hij bezat wel den fijnbeschaafden toon die langzamerhand uit toonaangevende kringen verdwenen is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten