• Gaston Burssens (1896-1965) was een Belgische dichter. Zijn dagboek werd gepubliceerd in 1988.
13 maart
Bezettingstijd.
G.P. stelt mij een mooie, roodharige Duitse jodin voor: Barbara S. Zij is als protégé van een Duitse Oberst met deze naar Antwerpen gekomen. Hij heeft haar hier aan haar lot overgelaten, want meer heeft hij voor haar niet kunnen, willen of durven doen. Zij wil naar Zuid-Amerika en tracht nu eerst naar Spanje te geraken. Het doel van P. is haar met mijn hulp hiertoe te helpen, omdat ik iemand ken die zich met dit soort contrabande bezighoudt. Ik ga met Barbara dineren en tête-a-tête. Ik verneem dat haar man in een concentratiekamp zit. Zijzelf is aan de terreur kunnen ontsnappen dank zij de Oberst die haar naar hier heeft gebracht. Zij haalt uit haar handtas een stukje asfalt van de Kurfürstendamm, van welk stukje asfalt zij evenveel houdt, zegt ze, als van het blokje platina van 500 gr. en van de 20-karaat blauwwitte briljanten die ze mij eveneens toont. Ik vertel haar dat ik haar overmorgen in betrekking zal stellen met iemand die haar over de Pyreneeën kan loodsen. Intussen zit ze nonchalant het stelletje zout, peper en mosterd te bewerken, alles netjes dooreen te mengen en er een brij van te maken met azijn, slaolie en wijn. Als ik vraag of ze dat gaat opeten, zegt ze: 'Nee, dat is zo'n gewoonte van mij, dat doe ik in elk restaurant zoals ik in elk hotel mijn schoenen afstof met de gordijnen'. Zij heeft een afgodische verering voor Hitler en Schopenhauer. Ik begrijp haar voorkeur voor Schopenhauer van wie ze hele citaten aanhaalt uit Die Welt als Wille und Vorstellung. Maar Hitler? 'Ja, zegt ze, het pessimisme van Schopenhauer heeft Hitler in het leven geroepen. Ik maak abstractie van wat hij tegenover ons misdoet, het is het gevolg van zijn Schopenhauers pessimisme. Hij is niet een produkt van Nietzsche, zoals men beweert, maar van de wil als fundament der werkelijkheid, dus niet als psychologisch verschijnsel. Alles wat thans gebeurt zijn openbaringen van Hitlers wil, een wil die de werkelijkheid vooropstelt en hem niet meer legt in het subject. Dit verklaart logischerwijs de jodenvervolging. Tant pis voor ons! Maar om zijn doel te bereiken moet Hitler ons uitschakelen. Zijn doel en zijn bedoelingen zijn in deze tijd de enig mogelijke'. - Ik vraag haar of zij er dan vrede mee neemt en zij besluit, Schopenhauer napratend met een variante: 'Der Pessimismus hat mir nie etwas eingebracht, aber viel erspart!' Enfin, in deze krankzinnige tijd hoeft men zich om niets meer te verbazen. Ik breng haar naar het atelier van Flor, waar ze wel een paar dagen kan blijven zonder al te zeer de aandacht te trekken.
14 maart
Het avontuur met Barbara vandaag is er één met bittere nasmaak. Ik heb het gevoel dat zij zich alleen uit erkentelijkheid er toe heeft geleend, al was zij ook de 'verleidster'.
15 maart
Barbara is met haar 'gids' vertrokken. Ze zal veel aan mij denken, mij zo gauw mogelijk schrijven, en alles! Ze kust mij vurig en mijn kaken zijn nat van haar tranen. Heb ik mij dan gisteren toch vergist? Arm kind, wat staat je te wachten!*
* Na de oorlog vernomen dat zij aan de Sp[aanse] grens werd opgepikt, naar een concentratiekamp werd gezonden en er zonder meer werd 'vergast'.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten