maandag 21 september 2020

Virginia Woolf • 22 september 1928

• In de dagboeken van de Britse schrijfster Virginia Woolf (1882-1941) verwoordt ze haar gevoelsleven, dat ondanks alle zelfspot en ironie geregeld diepe depressies veroorzaakte. En uiteraard reflecteert ze op personen en gebeurtenissen uit haar persoonlijke leven en uit haar tijdgewricht. 
Vertaling: Joop van Helmond.

Zaterdag 22 september 
Dit is de beste en niet alleen de beste maar ook de heerlijkste zomer aller tijden geweest. Het waait weliswaar, maar het is nog steeds helder en fris; de wolken hebben een opalen weerschijn; de schuren aan de einder van mijn gezichtsveld zijn muiskleurig; de mijten bleekgoud. Nu we het land erbij hebben heeft mijn gevoel voor Rodmell nieuwe luister gekregen. Ik begin me te wortelen en er deel van uit te maken. En als ik genoeg verdien zal ik nog een verdieping op het huis laten zetten. Maar het nieuws over Orlando is slecht, het ziet er donker voor me uit. Op zijn best verkopen we niet meer dan een derde van het aantal dat we van Lighthouse hebben verkocht vóór het uitkwam - er is niet één winkel die meer dan een zestal of een dozijn wil afnemen. Ze zeggen dat zij het ook niet kunnen helpen. Geen mens wil biografieën lezen. Maar het is een roman, houdt juffrouw Ritchie aan.
Maar op de titelpagina staat toch dat het een biografie is, zeggen ze dan. Het zal op de plank met biografieën terechtkomen. Ik vrees dan ook dat we blij mogen zijn als we net de kosten kunnen dekken - een hoge prijs voor de schertsende ondertitel, 'een biografie'.
En ik was er nog wel zo zeker van dat dit nu eens een populair boek zou worden. Bovendien had het eigenlijk 10/6 of 12/6 moeten kosten en niet 9/-. God, och god! Als het zo doorgaat zal ik deze winter een paar artikelen moeten schrijven willen we op de bank een appeltje voor de dorst hebben. Ik heb me inmiddels met alles wat ik heb op mijn boek over fictie gestort en heb het af op Dorothy Osborne na die ik in een handomdraai op papier smijt. Het moet natuurlijk nog helemaal worden herschreven, maar de harde noten zijn gekraakt al dat geblader door het ene na het andere boek en de vraag wat moet ik nu lezen? Die boeken hebben me al zo lang in beslag genomen. Het is een verademing om ervan bevrijd te zijn; wat zal ik nu lezen; Engelse poëzie, Franse memoires - of stof voor een boek dat The lives of the Obscure moet gaan heten? En ik vraag me af wanneer ik aan The Moths zal beginnen. Niet voor die insecten zelf me ertoe zullen aanzetten. Ik heb ook nog geen benul van wat het moet worden - een volkomen nieuwe aanpak denk ik. Maar dat denk ik altijd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten