• Marten Toonder (1912-2005) was een Nederlandse striptekenaar. In 1982 hield hij gedurende enige dagen voor NRC Handelsblad een 'Hollands Dagboek' bij. Aanleiding was de toekenning van de Stripschapprijs.
Donderdag 16 september
Na slaperig openen van hotelkamergordijnen werd uitzicht belemmerd door goor laken, dat voor ramen hing. Bleek Hollandse mist te zijn. Geen nevelflarden waarin vreemde elementen zich over Ierse heuvels bewegen. Dit is een zware wolk waaruit lawaai opstijgt, want dit is het leven, dat men het werkelijke noemt, en waarin gewerkt wordt.
Ben er deze keer echter niet om arbeid te verrichten. Deze dag is bestemd voor interviews, want Rob Houwer heeft geheimhoudingsgebod opgeheven en is zachtjes met publiciteitsmedia gaan spreken. Het eerste kwam om tien uur, het laatste verdween om zes uur. Keel zeer droog, hersencellen korrelig.
'Komt van opgeblazen ego,' zei Phiny, die de dag op andere wijze gekort had. Sprak dit met gebarsten stem tegen; ego was geheel ledig na praten over figuren die ik nu al 44 jaren teken. Legde onder eenvoudige, doch voedzame maaltijd uit, dat ik had opgezien tegen mededeling dat film pas op 3 februari zou uitkomen. Niet met Kerstmis, zoals oplettende lezertjes menen. Achter rug wordt men zo vaak bij neus genomen, als filmmaker zijnde. Had opmerkingen verwacht als: zeker ruzies, of konden het niet klaar krijgen. Had snedig antwoord dan ook gereed. Film is bijna klaar en John van der Meulen zit eenzaam twaalf geluidsbanden te mixen, terwijl Björn Jensen al aan een andere film werkt. Het is stil op studio's; zelfs Ben van Voorn is verdwenen. Die kwam om een paar achtergronden te ontwerpen en bleef anderhalf jaar als art director.
Maar deze argumenten waren onnodig; alle media waren aardige mensen. Hadden meer belangstelling voor feit, dat wij dertig of veertig jaren geleden al samenwerkten. Waren toen nog jong en bereidden ons voor op hoofdfilm, die wij zouden gaan maken. Moesten echter een poosje wachten tot Rob Houwer met benodigde gelden verscheen, en zijn nu oudere en wijzere mannen. Of wijzer? Budget is al ruim overschreden.
Gelukkig haalde een van de verslaggevers een oud artikel van collega uit de sloot. Wat dacht ik van opmerking, dat mijn verhalen een katholiek-burgerlijke sfeer ademden? Antwoordde, dat ik de diepte van deze waarneming niet kon peilen, zijnde van niet erg steil hervormde huize waar ik van afgegleden ben om eigen eenzame weg te gaan. Maar vertelsels hebben stereotiepe afloop, hield hij aan. Altijd met een maaltijd, terwijl er niets gebeurd is. Hield hem vermanend voor, dat er altijd véél gebeurt. Verhalen spelen in andere wereld, die door betreurenswaardige handelingen van hoofdfiguur steeds in aanraking komt met de onze. Me dunkt. Dat is heel griezelig, hoor. Maar man dacht waarschijnlijk, dat wereld buiten de echte is. Was waarschijnlijk een oplettend lezertje. Buiten was de mist trouwens opgetrokken om plaats te maken voor klamme hitte, die niet tot slapen noodde.
185>
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten