• Hans Warren (1921-2001) was een Nederlandse schrijver. Zijn dagboeken zijn in vele delen gepubliceerd als 'Geheim dagboek'.
20 juni. — Iets wat ik niet snel doe: de politie inschakelen. Maar vanmiddag om drie uur was het zover. Al een paar weken lang worden we getergd door een helse uitvinding, de zogenaamde spreeuweband. Aan de andere zijde van de 's-Gravenpolderseweg, naar het gehucht Apekinders toe, ligt een prachtige oude kersenbongerd die altijd een lust voor alle zintuigen is geweest, tot die duivelse band er kwam. Rijpende kersen lokken veel vogels aan, vooral spreeuwen, en van oudsher is het in juni in kersenboomgaarden dan ook een lawaai van kreten, ratels, pann
deksels, rammelende bussen. Verder staan er vogelverschrik kers, flapperende linten, blikkerende stroken metaal, klinken e schoten. Dat hoorde er zo'n beetje bij.
De luie maar wel inventieve mens vond echter iets uit dat afdoende leek. Hij ving een spreeuw, greep die hardhandig beet
en legde de noodkreten die het dier slaakte vast op de band. Dit geluid, afgedraaid, zal soortgenoten opschrikken en doen wegvluchten, dacht men. Tot zover is alles ingenieus en zelts diervriendelijk.
Komen er spreeuwen op je kersen af: even het bandje draaien en ze deinzen terug. Komen er spreeuwen slapen in de bomen langs een stadsgracht of op een plein waar ze alles bevuilen: de band, en ze zoeken een andere rustplaats. Mits bescheiden toegepast zou het mogelijk helpen, hoewel vogels als kraaien juist toesnellen als er een in nood roept. Maar de mens kent geen maat. Als men het geluid veel te sterk reproduceert, herkennen de spreeuwen het niet. Geen enkele soortgenoot brengt zo'n constant onspreeuwelijk geloei voort. Bovendien: een niet meer aflatend geluid stompt af, niets of niemand reageert nog. Behalve de enkeling op wiens zenuwen het gaat werken. Nudat was bij ons het geval. Voor dag en dauw werd de spreeuweband op volle sterkte ingesteld. De spreeuwen trokken zich er mets van aan, stortten zich in zwermen op de kersen tussen het lawaai. Kwamen de plukkers, dan zetten die de band af en draaiden arbeidsvitaminen, ook op volle sterkte. Na werktijd werd regelmatig vergeten het lawaai af te zetten. Horendol werd je ervan, opgejaagd, ellendig.
Vandaag, zaterdag drie uur, het werk afgelopen, en je wist al: het hele weekend draait dat weer door. De buren, ach, die beweren er geen last van te hebben, men valt elkaar onder agrariërs met graag af, want vandaag bezorgt de een overlast, morgen de ander.
Eer ik de politie gebeld heb. Een kwartier later was het kabaal verstomd.
'Meneer, waarom hebt u niet eerder gemeld dat u er last van hebt, het is inderdaad niet te harden, maar ja, als niemand klaagt...'
Ja waarom niet? Naar de politie lopen ervaar ik als verraad en als een vernedering.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten