2 juli 2010
Al dagenlang te neerslachtig en lusteloos om aantekeningen te maken. Wat wel lukt is in de bestaande tekst ingrijpen, het werk doen van de romanschrijver, die ene zin als opening kiezen voor dit boek. Ingrijpen, veranderen, structuur aanbrengen, de dictatuur van de dag verlaten, aan de tirannie van de tegenwoordige tijd ontsnappen.
Schrijven is altijd een vorm van verraad. Was ooit bedoeld als de eerste zin van Judas. Verraad is een thema, het verraad van de schrijver. Meer nog dan de roman is het dagboek het genre van het verraad. Jaren geleden, toen Hans me voor het eerst een fragment uit zijn dagboek voorlas, raakte ik daarvan in de war en werd boos. Hij begreep er niets van. Terwijl hij me had willen bekoren met zijn woorden, zat ik te tieren. 'Het was anders, het is alsof we niet hetzelfde hebben meegemaakt,' herhaalde ik steeds. Mijn herinnering aan wat hij beschreef, strookte niet met de zijne. Hij probeerde mijn boosheid te begrijpen. Hij zei dat ik er natuurlijk niet aan gewend was om beschreven te worden. Ik heb dat tegengesproken. Ik heb hem pas later daarin gelijk gegeven, en toen ook begrepen dat ik niet kwaad was, maar bang.
4 juli 2010
Ik ga steeds meer terug in de tekst, om er iets van te maken. Het is verraad, bedrog, een schending van de belofte van het genre. Hoe kun je dit nog een logboek noemen? Zouden alle dagboekschrijvers de dictatuur van de dag verlaten, de wetten van het genre schenden, verfraaien, verdiepen, invoegen, aanvullen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten