dinsdag 10 december 2013

Jos de Voogd -- 11 december 2012

Dinsdag 11 december
We rijden naar de kustplaats Sayda, ten zuiden van Beiroet. Voor het veldkantoor van Caritas staat zware bewaking. Binnen zit het tjokvol met vluchtelingen. Tot nu toe zijn hier 1040 families geregistreerd als vluchteling.
Hier verblijven 42 families en 150 kinderen in een grote flat in aanbouw. De families wonen onder tentzeilen en in kale betonnen vertrekken. De moeders komen met fotootjes van verloren familieleden en tonen de littekens door bomscherven van hun kroost.
“Veel kinderen plassen in hun broek door alles wat ze hebben gezien. En laatst was bij een kind al het haar uitgevallen, puur door de stress”, vertelt Fatme van Caritas. Zij voelt zich hulpeloos: “We geven psychosociale hulp en voedsel. Met een bus halen we op maandagen en woensdagen 30 kinderen op die dan voor 2 uur naar school kunnen. Maar we kunnen niks doen voor chronisch zieken als diabetici of voor kankerpatiënten.”
De familie Brahim woont gratis naast een vuilnisbelt en een leerfabriek, waar de stank vreselijk is. Overal hangen huiden te drogen. Direct onder het schuine golfplaten dak, woont de familie Brahim, vader, moeder en hun vier kindjes van 9, 6 en 4 jaar en 5 maanden.
De vader: “Sinds een jaar wonen we hier. Ik hoef geen huur te betalen, omdat ik in de fabriek werk.” Terwijl de wind door alle kieren en openingen waait, laat vader Brahim een filmpje op zijn mobiele telefoon zien uit Syrië; schokkerige beelden met rennende mensen, geluid van explosies, bloedende lichamen op straat.
Nu zijn ze veilig, maar het lukt hen amper om financieel rond te komen. ”Het leven in Libanon is zoveel duurder dan in Syrië. Gelukkig hebben we hulp van Caritas, voedsel en schoolgeld voor ons oudste kind”.


Samen met drie Nederlandse journalisten bezocht Cordaid-persvoorlichter Jos de Voogd in 2012 Syrische vluchtelingen in Libanon. Hij hield een dagboek bij.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten