maandag 7 augustus 2023

Astolphe Marquis de Custine • 8 augustus 1839

Astolphe Marquis de Custine (1790-1857) was een Franse schrijver die bekend werd, en is gebleven, door zijn in 1843 gepubliceerde reisverslag Lettres de Russie, door Carly Misset en Anton van der Niet vertaald als Brieven uit Rusland.

Moskou, 8 augustus 1839
Het Kremlin dat op een heuvel is gebouwd, leek mij vanuit de verte een stad voor vorsten, gebouwd temidden van een stad voor het volk. Dit tyrannieke gebouw, deze trotse opeenhoping van stenen, beheerst vanuit de hoogte van zijn rotsen, van zijn muren en torens, het dagelijks leven van de mensen. In tegenstelling met de indruk die we krijgen van monumenten van gewone afmetingen, raken wij hoe langer hoe meer verbijsterd bij het naderen van die onverwoestbare steenmassa's. Zoals sommige skeletten van reusachtige dieren, zo roept ons het Kremlin de geschiedenis op van een wereld waaraan wij nauwelijks kunnen geloven, zelfs als wij er de resten van aantreffen. Bij die wonderbaarlijke schepping denkt men eerder aan kracht dan aan schoonheid, eerder aan grilligheid dan aan sierlijkheid. Het Kremlin is de droom van een tyran, maar machtig, verschrikkelijk en angstaanjagend als de gedachten van iemand die de gedachten van een volk beheerst. Deze architectuur houdt geen verband met de behoeften van de moderne samenleving.
Een overblijfsel uit een duistere tijd, waarin de leugen onbeperkt kon heersen, een gevangenis, een paleis, een heiligdom, een bolwerk tegen de vreemdeling, een burcht gericht tegen de natie, een steunpunt voor de tyrannen en cachotten voor het volk: dat is het Kremlin. Een soort Acropolis van het Noorden, een soort barbaars Pantheon; men zou dit nationale heiligdom het Alcazar van de Slaven kunnen noemen. Zo werd het het lievelingsverblijf van de vroegere Russische vorsten en toch waren die geweldige muren nog niet genoeg om de angst te verjagen van Iwan de Verschrikkelijke. De angst van een almachtig man; is er iets ergers denkbaar op deze wereld? Het Kremlin is ontegenzeggelijk het werk van een bovenmenselijk wezen, maar van een kwaadaardig wezen. De glorie in ketenen; dit is de allegorische voorstelling die dit duivelse monument oproept, even wonderlijk van architectuur als de visioenen van Johannes; het is de verblijfplaats voor figuren uit de Apocalyps. Het Kremlin bewonen betekent niet leven, het betekent zich verdedigen. De onderdrukking roept de opstand op, de opstand maakt voorzorgsmaatregelen nodig, de voorzorgsmaatregelen vergroten het gevaar en uit die lange schakel van krachten en tegen-krachten groeide het monster dat het despotisme voor zichzelf gebouwd heeft: het Kremlin. Dat is alles. Als de reuzen uit een antediluviaans tijdperk op aarde zouden terugkeren, zouden ze er nu nog kunnen wonen. Alles in de architectuur van het Kremlin heeft er een symbolische betekenis, gewild of ongewild.
Maar wat er in werkelijkheid overblijft indien u over uw eerste ontzetting heen bent, om door te dringen tot het wezen van deze barbaarse pracht, dat is een verzameling van gevangenishokken die men de bijnaam gegeven heeft van paleizen en kathedralen. De Russen kunnen doen wat ze willen, ze komen de gevangenis niet meer uit.
De naargeestige kathedralen van het Kremlin met hun smalle gewelven en hun zware muren lijken op holen, ze zijn de beschilderde gevangenissen, zoals de paleizen de vergulde gevangenissen zijn.
Van de wonderen van deze architectuur kan men hetzelfde zeggen als van het binnenste der Alpen: ze zijn prachtig en gruwelijk tegelijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten