donderdag 19 september 2019

Jacob Segersz van der Brugge • 20 september 1633

• Jacob Segersz van der Brugge (?-?), bevelhebber eener expeditie van 7 matrozen, die door de Noorsche compagnie naar Groenland gezonden, daar van 30 Aug. 1633 tot 27 Mei 1634, gedurende 9 maanden min 5 dagen, overwinterde om na te gaan, of in die streken eenig voordeel voor de Compagnie te behalen viel. De bevelhebber gaf van deze overwintering een eenvoudig en trouw verhaal, aan de bewindhebbers zijner Compagnie opgedragen, en getiteld: Journael of dagh-register gehouden by Seven Matroosen in haer overwinteren op Spitsbergen in Maurits-Bay (Amst. c. 1660).

[20 September 1633]
Den 20. dito, stercke N.O. wint met kout weer ende Vorst, op dato openbaerde de kou in een van ons metgesellen (met name Ian Kunst) sijn vingers, dat wy gecauseert achteden, als sy de leste reys aen de Vis hebben geweest, welcke vingers wy stoofden met Boon-sap, ende gewassen hebben met water ende Azijn, van elck even veel, noch met olye van Olyve, ende olye Nº.4. al t’samen volgens de Lijste ons van diversche Chirurgijns verleent: noch heeft den genaemden Kunst aen elcken arm een groote Bloet-sweer gekregen, soo dat hem de Armen heel dick swollen, ende groote pijn aenquam: ick ghebruyckte als voren ons Lijst: wy baden dat hem Godt wilde geven een geluckighe uytkomst, ende ons beschermen voor swaerder accident. [...]

[22 september]
[...] Op dato bevont ick dat meest al Ian Kunst sijne Vingers begosten te sweeren, dien ick eenighe met mijn Pennemes wat geopent, en de vuyle materie onder uyt de nagels gedout hebbe, sulcks dat de selvige Kunst door al het fortseren, so aen de Vingers als Armen, van pijn by nae in onmacht soude hebben gevallen. [...]

[25 September 1633]
[...] Den voornacht wiert ick van den genoemden Kunst uyt mijn slaep geweckt, also de selvige onlijdelijke pijn leet aen sijn Vingers, die ick door sijn versoeck met mijn Pennemes by gebreck van andere Instrumenten, van ’t voorste lidt tot den eynde geopent hebbe, daer ick op ’t been eenige matery vont, waer uyt ick presumeerde van de Fijt te moeten sijn, ende gebruyckte medicamenten volgens ons Lijst.

[30 September 1633]
Op dato deser snee ick een groot stuck vleys van den voor-genomineerden Ian Kunst sijn vinger, het welcke was uyt gewassen.

• Het journaal maakt verder geen melding van de vingers van Ian Kunst - alles lijkt goed afgelopen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten