• Vanaf hun eerste gezamenlijke reizen naar het Zuiden, eind jaren vijftig, bleven vertaler August Willemsen (1936-2007) en beeldend kunstenares Marian Plug (1937) elkaar een halve eeuw lang schrijven, in brieven die verhalen van hun levenslange verliefde vriendschap. Bewaar deze brieven als je eigen tekeningen.
22 februari 1967
Eén pre hebben de Brazilianen, althans in deze stad [São Paulo], dat ze ons geen blik waardig keuren. We lopen hier zo onopgemerkt, dus zo op ons gemak, als in Amsterdam zelve, misschien zelfs nog meer. Brazilianen bestaan niet, 99% van de mensen komt overal vandaan behalve uit Brazilië, ze hebben geen nationaal karakter, laat staan een egocomplex, ook wel trots genaamd, zijn beeldschoon, nooit lastig en doorgaans vriendelijk, meestal oninteressant, dus wat wil je nog meer. Daarbij geen enkel sentimenteel gedoe over het verleden (wat in Portugal zo onuitstaanbaar is), geen enkel respect voor alles wat meer dan tien jaar oud is, en zo te zien geen zorgen over wat er gebeuren moet als al deze wolkenkrabbers bouwvallig worden – wat toch ééns moet gebeuren. De voetganger is een soort kakkerlak die op smalle trottoirs over bulten, kuilen en door middenplassen zijn weg mag zoeken. Afwezigheid van openbare banken en van stoelen: cafés houdt de voetganger in beweging en dus slank. Inderdaad, je moet een auto hebben om dik te worden. Onwezenlijk frêle vrouwtjes, wandelende plantjes, echter met sappige bruine vormen en agressieve borsten lopen ongehinderd op straat, terwijl zéér welgeschapen mannen, bij de aanblik waarvan ik wel eens aan jou moet denken, niet zichtbaar ijdel zijn, waar ik in Sp. en Ptg. vaak zo om moet lachen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten