zondag 24 april 2016

A.F.Th. van der Heijden -- 25 april 1993

A.F.Th. van der Heijden (1951) is een Nederlandse schrijver. In Engelenplaque. Notities van alledag publiceerde hij dagboekfragmenten uit de periode 1966-2003.

Zondag 25 april 1993 Contract voor één partij
Tijd, plaats. – Het is de avond van zondag 25 april 1993. Op mijn horloge, dat mogelijk achterloopt, is het bijna half tien. Tonio, die vandaag wat recalcitrant en huilerig was (heel zeldzaam), ligt sinds een uur in zijn stapelbed, tweede verdieping aan de straatkant. Mirjam is op haar werkkamer, begane grond, straatkant.
Ik bevind me op mijn werketage, op de kamer aan de tuinkant, de ‘zonkamer’, die ik voor de komende lente- en zomermaanden heb ingericht voor het voltooien van De tandeloze tijd 3. Beide bureaus staan nu hier: het ene, waaraan ik met mijn gezicht naar de balkondeuren zit, is er voor het handwerk; het andere, dat zijn licht van links ontvangt, fungeert als typetafel, en het is daar dat ik dit ‘contract’ schrijf, rechtstreeks op de machine.

Toestand. – Voor het eerst sinds woensdag 14 april jl. heb ik weer een dieetdag, d.w.z. elke twee uur slik ik twee capsules, die, als de handleiding niet liegt en mijn lichaam me niet bedriegt, uitzetten in de maag o.i.v. het glas water dat men erbij drinkt.
De afgelopen anderhalve week heb ik veel, en veel te veel, alcohol gedronken, voornamelijk bier, maar ook wodka, cognac, wijn. Soms viel ik laat op de avond op de bank in de huiskamer in slaap. Dit alcoholgebruik baart me zorgen, niet alleen vanwege het overgewicht dat er het gevolg van is.
Ook gisteravond, zaterdag, heb ik te veel gedronken. ’s Middags vrienden opgezocht bij de Pilserij in de Gravenstraat (in gezelschap van Tonio). Vijf à zes glazen bier. Thuis een flesje witbier. Het grootste deel van een fles witte wijn bij het voorgerecht (meloen met ham). Ruim een liter rode wijn bij het hoofdgerecht (blanquette de veau). Cognac bij de koffie met moorkop. Later weer witbier. Te veel, dit alles. Mijn herinneringen aan de afloop van de avond zijn vaag. Geminnekoosd met M. Op de bank in slaap gevallen. Tegen de ochtend wakker; M. bleek een logeerdeken over me heen te hebben gelegd. Naar bed; geslapen tot het middaguur. Lamlendig met de krant in bed blijven liggen, ook toen Mirjam en Tonio al naar het Amsterdamse Bos vertrokken waren. Grote somberheid. Angst geen greep meer te kunnen krijgen op mijn werk. Walging wegens mijn zwaarlijvigheid. Ongewassen, in t-shirt en shorts, op mijn werkkamer gaan zitten. Wat gewerkt aan de knipsels voor een geplande roman (mogelijk onderdeel van De tandeloze tijd), werktitel: De bijlslag of De chip van het Noodlot. Maar met weinig lust en overtuiging, en met een dof gevoel in mijn hoofd.

Aanleiding. – Drank, dieet, werk – ziedaar aanleiding en reden om voor mezelf dit ‘contract’ op te stellen. Aan het begin van de avond beneden op de bank gezeten wist ik opeens wat me te doen stond: harde afspraken met mezelf op schrift stellen, en zo een vruchtbare werkperiode veilig stellen. Ik ben gaan douchen, heb me aangekleed, om vervolgens naar boven te gaan.

Werk. – Dit dient voorop te staan. Zonder met iemand iets te hebben afgesproken, zonder me contractueel met Querido te hebben verbonden, wil ik proberen De tandeloze tijd 3 Tweede Boek, Onder het plaveisel het moeras, in mei volgend jaar te laten verschijnen. Dat betekent dat ik tot en met februari 1994 de tijd heb om het boek te voltooien. Hoeveel maanden zijn dat?
Eind april tot eind juli (begin van Tonio’s vakantie): drie maanden.
Half augustus tot begin oktober (Frankfurter Buchmesse, aansluitend vier weken Berlijn): anderhalve maand.
Half november tot en met eind februari: drieënhalve maand.
In totaal: acht volle maanden werktijd.
Ik stel me zo voor dat het leeuwedeel van het werk de komende drie maanden verricht gaat worden. Tamelijk woeste arbeid, bedoeld om de tors van het boek tot stand te brengen. Latere werkperiodes: verfijning en uitbreiding.
Op het hoofdstuk ‘werk’ kom ik verderop nog terug.

Dieet en alcoholgebruik. – Het overgewicht dient met meerdere middelen bestreden te worden:
1. het Zero-3-capsuledieet, dat ik tot aan de vakantie eind juli zonder onderbrekingen zou willen volhouden, en na half augustus tot begin oktober zou willen voortzetten. Ik verplicht mezelf tot niets. Dient zich een ander, en beter, dieet aan, dan kies ik daarvoor. Blijkt drie dagen per week niet eten te storend voor mijn werk, dan zorg ik op een andere manier af te vallen.
 2. Het drinken tot een absoluut minimum beperken. Ik zeg met opzet niet: ‘alle alcohol laten staan’, want ik ken de gevaren van zo’n strenge afspraak. Drank wordt dan een obsessie, de gespannenheid groeit etc. Als het nodig blijkt, dan bezwijk ik, en probeer ik de schade beperkt te houden.
3. Beweging. Elke ochtend gymnastische oefeningen op slaap- of werkkamer. Elke ochtend, en mogelijk ook later op de dag nog, hometrainer. Wandelen.
4. Zo min mogelijk zoetigheid.
5. Als het alcoholgebruik inderdaad tot het absolute minimum beperkt blijft, dan de eetlustremmende pillen weer gaan gebruiken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten