maandag 1 juli 2024

Nina d'Aubigny von Engelbrunner • 2 juli 1790

Nina d’Aubigny (1770–1847) was een Duitse zangeres en schrijfster van een dagboek over haar verblijf in Nederland

Vrijdag, 2 juli
Na het opstaan liet onze neef ons ontbijten op zijn belvédère. Toen de paarden waren ingespannen bracht hij ons in twee rijtuigen naar Aspeln, een mooi landgoed dicht bij Rees, dat te koop staat. De heer D'Ammon, die door de kapper was opgehouden, haalde ons halverwege met losse teugel in. Mama, Susette en Beughem zaten in één rijtuig, en de heer D'Ammon, vader en ik in het andere. Op Aspeln aten we nog eens. Mijn vader wilde dat we naar Amsterdam vertrokken, maar D'Ammon en Beughem deden alles om hem te doen besluiten via Emmerik te gaan. Teruggekeerd in Rees dineerden we in de herberg met vele Resenaren. Na afscheid te hebben genomen van mevrouw Keer, begaven we ons op de grote weg naar Emmerik. De Hütte is een mooi landgoed, en 2 uur na Rees gebruikten we daar de thee. Er is een zeer fraaie concertzaal alwaar we hebben gezongen. De nederlaag van de heer D'Ammon staat vast. Bij aankomst te Emmerik werden we door een vreselijk onweer overvallen. De dochter van de hotelier bood ons pijpen en stoven aan, wat ons erg deed lachen. Aan tafel kwam het gesprek op de vraag wat precies het verschil is tussen wrok en haat. Onze kamer was erg lelijk. Heel Emmerik is vol mensen die morgen de processie willen zien. Vader, Charles, Beughem en D'Ammon hebben samen maar één kamer.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten